Een van de eerste duidelijke tekenen waaraan ik dat merk, is dat ik voortaan moet gaan lopen in het donker. Ik zie er altijd een beetje tegenop, want lopen in een shortje in de zon is toch immens veel leuker dan met een lange broek, fleecetrui en het obligate en archilelijke fluohesje aan... Maar ik moet zeggen dat ik er wel van geniet om in het donker te lopen. Ik kom er precies meer van tot rust. En het is toch donker, dus geen kat die ziet hoe un-fashionable ik er op dat moment bij loop J
Het moment dat ik mijn korte zwierige zomerkleedjes, blote benen en kleurige sandaaltjes definitief moet vervangen door broekkousen en laarzen, dan besef ik ook: ’t is weer voorbij die mooie zomer. Which reminds me: ik moet dringend mijn garderobe switchen want ik heb dat nog altijd maar halvelings gedaan (tijdsgebrek, I blame you so!). Je moet weten, wegens plaatsgebrek in mijn kleerkast (en in ons appartement tout court) berg ik elk seizoen de kleren van het vorige seizoen netjes weg in een grote valies. Die staat achter de kast op Emils slaapkamer (achter die kast is er een soort "rommelspleet", waartussen mijn kleertjes dus ook belanden). Telkens als ik denk let’s do the wardrobe switch! ligt die kleine aap uitgerekend te snurken. En zo komt het dat mijn kast dus nog vol zomergerief hangt. Ik hoop er het komende lange weekend eens in te slagen om dit eindelijk van mijn to do-lijstje af te vinken.
Want hoe graag ik het ook zou willen, ik kán mijn zomerkleren niet meer blijven dragen omdat ik het in de winter nu eenmaal ALTIJD koud heb. Naast de kousenbroek wordt mijn kersenpitje dus mijn vaste compagnon de komende maanden. Dit jaar heb ik er zelfs mee geslapen tot eind juni omdat het zo’n superkoude winter en kil voorjaar was! Het spel stinkt intussen een beetje naar zweet – PJ noemt het “de stinkzak” en ik kan hem daar eigenlijk geen ongelijk in geven – maar ik hou zo van de zalige warmte die het geeft! Ik vind dat de uitvinder van het kersenpitje de Nobelprijs voor de Gezelligheid verdient.
Ja, in de winter word ik een huiselijk gezelligheidsdier. In de zomer kan ik niet rap genoeg uit mijn kot zijn om te genieten van de zon, maar ’s winters kan ik mij al eens occasioneel overgeven aan the art of cocooning. Met kaarsen, overal in de living, het liefst van al met een geurtje. Cosy relaxen onder mijn dekentje in de zetel, met een theetje erbij. En winterkost op het menu! In mijn geval, een groentefreak zijnde, betekent dit dat de wortels en kerstomaatjes die ik anders de hele dag door knabbel deels vervangen worden door soep. Verse zelfgemaakte soep, liefst van pompoen, wortel of champignon. Ik kan mij daar echt een ongeluk in eten.
Minder leuk vind ik dan weer dat ik ’s morgens niet meer vanzelf wakker word om 6u van het zonnetje en het gefluit van de vogelkes. En dat ik verkouden ben en wellicht een non-stop snotneus zal hebben tot ergens halverwege maart –of whenever de lente besluit dat het tijd is om ons te verblijden met haar intrede. Zeker met een peuter in da house, die van de crèche allerlei hoestjes, snotjes en slijmkes meebrengt, zal het er niet op verbeteren. Maar hey, veel soep vol vitamientjes eten en we kunnen er wel tegen hoor! J
Nog zo’n duidelijk teken dat de winter eraan komt: het is al overal Kerst wat de klok slaat (en de Sint moet potverdorie nog komen!). Kerstversiering, feestmenu’s, een paar die-hards hebben zelfs al hun kerstverlichting uitgehaald. Ik hou mijn hart al vast tegen dat de eerste potsierlijke kerstmannen op daken of aan gevels tevoorschijn beginnen komen – seriously, wie vindt dat nu eigenlijk mooi? Ik krijg willens nillens al stress voor alle kerstcadeautjes die tegen eind volgende maand onder mijn boom moeten liggen... Maar de feestdagen, dat betekent vooral family time en gezelligheid, en daar kijk ik wel enorm naar uit.
En als al het feestgedoe achter de rug is, kunnen we beginnen aftellen naar de skireis. Ik ben er eigenlijk nu al mee bezig, al is het pas eind maart dat we richting Franse Alpen trekken. Net als de eindejaarsfeesten is ski een family affair bij ons. En dit jaar wordt het dubbel zo leuk omdat ons klein varken voor het eerst mee zal zijn. Ik kan nauwelijks wachten om zijn totje te zien wanneer hij in de sneeuw kan spelen, op het sleetje mag zitten, meegaat met ons in de lift naar boven...
Al hoop ik uit de grond van mijn hart dat het niet zo koud wordt als de vorige keer want toen is de temperatuur de hele week niet boven de -15° geraakt... Mijn neus is, I kid you not, meermaals bevroren geweest zodat ik hem niet meer voelde, en ik ben één keer keihard beginnen bleiten op het midden van de piste omdat ik gewoon niet meer kon van de koude. Waarop de familie mij gedwongen heeft om een goeie chartreuse-likeur te drinken om op te warmen. Wat leidde tot dit tafereel:
Toen kon
ik nog lachen op de piste:
Dus graag een koude winter, maar niet té koud. Met heel veel zon, en af en toe wat sneeuw. Maar niet zo van die sneeuw waardoor je niet meer buiten kan zonder op je bakkes te gaan. En waardoor er massa’s miserie is op de baan. De koude buiten, de warmte binnen, en gezelligheid overal. Zo is iedereen blij, nietwaar? Wij alleszins wel:
Wat vinden jullie leuk, of net niét, aan het najaar en de winter?
Love,
Josie xo
Geen opmerkingen:
Een reactie posten